Begin oktober reizen mijn vriendin en ik van het hoge noorden naar het uiterste zuiden van Nederland, we genieten van een lang weekend in Zuid-Limburg. Wat een prachtig wandelgebied is dat, het heuvellandschap en de vakwerkhuizen geven je direct een ‘buitenland-gevoel’.
Maastricht bezoeken wij op de zondagochtend, lekker rustig nog. De stadswandeling brengt ons in de Onze-Lieve-Vrouwekerk of ‘De Slevrouwe’ zoals men in Mestreech zegt. Het is een prachtige sfeervolle Romaanse kerk waar alle bezoekers stilstaan en een kaarsje branden bij het fraaie uit hout gesneden beeld van Maria Sterre der Zee. Maar mijn aandacht wordt nog meer getrokken naar het beeld dat direct bij binnenkomst in een nis staat, de heilige Christophorus, ‘Christusdrager’ betekent zijn naam, beschermheilige van de pelgrims en reizigers. Hij is één van mijn favoriete heiligen.
Een middeleeuwse legende vertelt over hem dat hij groot en sterk was als een reus, zijn naam was Reprobus, hij had het verlangen om de machtigste vorst op aarde te zoeken en te dienen. Maar op zijn zoektocht wordt hij keer op keer teleurgesteld. Dan ontmoet hij een oude kluizenaar die hem raad geeft: “Jij bent groot en sterk, ga bij die wilde, gevaarlijke rivier wonen en draag de reizigers veilig naar de overkant. En wacht ondertussen en heb geduld… wie mensen helpt, zal de machtigste koning vinden.”
Vele jaren is Reprobus een veerman zonder boot, hij is zelf een levende brug tussen beide oevers; met zijn staf als ondersteuning draagt hij vele mensen op zijn rug door het water naar de overkant. Hij is een levende verbinding geworden en leert zo wat verbondenheid betekent en dienstbaarheid.
Dan klinkt er in een nacht de stem van een kind, tot driemaal toe roept het en vraagt om overgezet te worden. Dat lijkt een gemakkelijke klus, maar met iedere stap die de reus Reprobus zet wordt het kind zwaarder, zo zwaar dat hij dreigt te bezwijken. Met enorme krachtsinspanning weet hij de andere oever te bereiken. Dan pas openbaart het kind zich als Christus: “Verwonder je niet dat ik zo zwaar weeg, want ik draag de last van de wereld… jij hebt in je arbeid bij de rivier mij gediend.” Het kind doopt hem in het water van de rivier en schenkt hem een nieuwe naam: Christophorus.
Ik vind het een ontroerende en troostende legende die iets uitbeeldt van onze eigen levensweg. Voor mij spiegelt Christophorus ook welke zuigkracht er uitgaat van datgene wat het sterkste en machtigste lijkt op aarde, een dwaalweg die ontmaskerd wordt door zijn ontmoeting met Christus. Wanneer hij het kind op zijn schouders neemt, is hij een Christusdrager geworden, een beeld dat ik verbind met Lied 601 (liedtekst van Huub Oosterhuis):
Licht, kind in mij, kijk uit mijn ogen
of ergens al de wereld daagt
waar mensen waardig leven mogen
en elk zijn naam in vrede draagt.
– Matty Metzlar